Stichting WEBB

Meer over gevoelens delen

 

Aanvullingen bij hoofdstuk 3 van 'De begeleiding van hoogbegaafde kinderen'

 

Frank de Mink

 

Als het over gevoelens gaat wordt nogal eens gesteld dat die 'er nu eenmaal zijn' en dat je daar weinig aan kunt doen. Dat is een te beperkte voorstelling van zaken. De manier waarop iemand in de wereld staat is van grote invloed op zijn ervaringen en emoties. Hieronder bespreken we een aantal veel voorkomende, maar niet altijd passende ideeën over gevoelens. Vervolgens gaan we in op het herkennen van gevoelens bij anderen en hoe kinderen dat kunnen leren.

 

In 'De begeleiding van hoogbegaafde kinderen' komen de volgende onderwerpen aan de orde:

  • vermijd 'dodelijke uitspraken';

  • een vertrouwenspersoon is van levensbelang;

  • werken aan positieve communicatie;

  • aanvaard de gevoelens;

  • actief luisteren is communiceren;

  • reserveer voldoende aandacht en tijd.

In deze aanvullingen worden de volgende suggesties besproken:

 

      1. Het duidelijk krijgen van gevoelens gaat bij iedereen op een andere manier

      2. Het uiten van emoties helpt meestal niet op die emoties te verminderen

      3. Verdriet en teleurstelling verwerkt iedereen op een eigen manier

      4. Leer uw kind te kiezen voor een optimistische levenshouding

      5. Gevoelens en gedachten zijn twee kanten van één medaille

      6. Herkennen van gevoelens

      7. Belangrijke emotionele vaardigheden in de omgang met anderen

      8. Leer uw kind gevoelens te benoemen

Top

 

1. Het duidelijk krijgen van gevoelens gaat bij iedereen op een andere manier

 

Een veel voorkomende misvatting is dat gevoelens door er over te spreken duidelijk worden. Dat is slechts voor een deel van de mensen het geval. Anderen verwerken gevoelens intern, en kunnen er pas over praten als ze van binnen duidelijk zijn geworden.

Volgens sommige deskundigen zijn meisjes en vrouwen in onze cultuur meer geneigd om naar anderen te gaan bij verdriet, en jongens en mannen meer geneigd om verdriet alleen te verwerken. Dat verklaart wellicht waarom het meestal niet werkt als een moeder probeert haar zoon over te halen om meer met zijn gevoelens te komen. Als die zoon zijn gevoelens liever eerst zelf uitzoekt, zal hij zich juist terugtrekken. Hij wil eerst met rust gelaten worden, en komt pas met het verhaal als er helderheid over zijn gevoelens is ontstaan. De moeder verwacht daarentegen dat die helderheid door het uiten van gevoelens zal ontstaan, en raakt teleurgesteld als dat niet blijkt te lukken.

Wel helpt het natuurlijk om bij een gebeurtenis die ons kind hevig emotioneert, het verhaal aan te horen, de gebeurtenissen op een rij te zetten en uit elkaar te halen. Om na te gaan wat de anderen zeiden en welk gevoel daarbij ontstond. Ook is het van belang om na te gaan wat de gevoelen en motieven van anderen kunnen zijn geweest.

Top

 

2. Het uiten van emoties helpt meestal niet om die emoties te verminderen

 

Veel mensen menen ten onrechte dat sterke gevoelens, zoals verdriet en kwaadheid, als ze worden geuit daardoor vanzelf verdwijnen. Ze menen ook wel dat je bijvoorbeeld boosheid moet uiten, omdat die je ziekt maakt als je die inslikt. Dat blijkt niet uit onderzoek. Het heeft alleen zin om zulke gevoelens te uiten:

  • als je daarmee je doel beter bereikt;

  • als je gevoelens kunt uiten tegenover de persoon die het betreft;

  • als je er de situatie mee beheerst

  • als daarmee wordt vormgegeven aan je gevoel van rechtvaardigheid

  • als je een geschikte vorm vindt om anderen beperkt '˜het kwaad terug te doen wat ze jou aandeden' en zij hun gedrag daardoor wijzigen.

Meestal leidt het uiten van gevoelens tot het versterken van dit gevoel, en bij een negatief gevoel tot het vergroten van frustratie. Dat gevolg helpt mensen van de wal in de sloot, Zij gaan er minder helder door nadenken over het bereiken van hun doelen. Alleen voor mensen die helemaal niet in staat zijn hun boosheid of verdriet te laten blijken is het goed om die gevoelens op een meer gezonde manier te leren hanteren. Hanteren van sterke gevoelens is iets anders dan onderdrukken!

Top

 

3. Verdriet en teleurstelling verwerkt iedereen op een eigen manier

 

Het is een misvatting om te menen dat iedereen door te praten beter leert omgaan met melancholie, verdriet en teleurstelling. Na een schok is er zeker enige tijd nodig, en kun je niet zomaar volstaan met: "kop op, zie de zonzijde". De aandacht die iemand dan krijgt is nodig voor de verwerking. Een schok of teleurstelling is verwerkt als we er een inzicht aan overgehouden hebben, waar we iets mee kunnen. Zo'n inzicht ontstaat uit reflectie, uit hardop denken met anderen. Er is echter een maar! Het praten over die gevoelens kan ook leiden tot automatisch herhalen in plaats van verwerken. Dat merk je aan de '˜kapotte grammafoonplaat', het herhalen van woorden die niet echt het gevoel oproepen. Hoe ontstaat dat?

Soms is de aandacht die iemand krijgt bij verdriet zo heerlijk en verslavend, dat het allemaal langer duurt dan goed is. “Uithuilen is goed†blijkt alleen in zeldzame gevallen een geschikt recept. Iedereen kan leren "hoe je in de puree komt" en hoe je daar zelf weer uit kunt komen. Het is van belang over verschillende strategieën te beschikken. Ouders kunnen helpen om hun kinderen daarvan bewust te laten worden door vragen als: wat doe je als je verdrietig bent, om er weer bovenop te komen? Ieder mens moet beschikken over een aantal verschillende manieren om daarmee om te gaan. Een aantal manieren voor het omgaan met neerslachtigheid en depressieve gevoelens wordt behandeld in hoofdstuk 7.

Top

 

4. Leer uw kind te kiezen voor een optimistische levenshouding

 

Een veel gehoorde opvatting is dat je nu eenmaal optimisten en pessimisten hebt en dat dit een kwestie van aangeboren karakter is. De meeste kinderen leren al vroeg dat het soms voordelen heeft om pessimistisch te zijn over bijvoorbeeld prestaties: je krijgt dan meer aandacht en waardering dan wanneer je hoge verwachtingen hebt en de kans om af te gaan is minder groot. Dat is jammer, want door het uitspreken van negatieve verwachtingen wordt de kans groter dat deze werkelijkheid worden. Met optimisme, een iets roze bril naar de wereld kijken, heb je meer kans op en energie om je doel te bereiken. Mensen met een roze bril leven langer, voelen zich gelukkiger en bereiken vaker hun doelen. Het verdient dus aanbeveling om te leren hoe je een positieve bril kunt opzetten, zodat je energie en creativiteit mobiliseert. Het is niet verstandig om altijd en uitsluitend positief te denken. Dat kan overmoedig gedrag en zorgeloosheid tot gevolg hebben. Mensen kunnen gelukkig kiezen hoe ze over een idee of situatie denken: ze kunnen alle voordelen bekijken, maar ook alle nadelen gaan zoeken. In plaats van optimisme en pessimisme te zien als karaktertrekken, is het handiger om voor positief en negatief denken te kiezen op momenten en in omstandigheden die daarvoor het meest geschikt zijn. Als uw kind vaak pessimistische gedachten heeft, kunt u het helpen meer optimistische gedachten te ontwikkelen door samen '˜de grote lijst met nadelen en zorgen' te overzien en vervolgens te vragen naar de voordelen en kansen. Uw kind leert daardoor dat het gewoon gaat om een manier van kijken die het zelf kan kiezen. Wat het eerste opkomt, de voor- of de nadelen, is vooral een kwestie van gewoonte.

Top

 

5. Gevoelens en gedachten zijn twee kanten van één medaille

 

Men zegt in de spreektaal wel dat een gebeurtenis de oorzaak van een gevoel kan zijn. Deze gedachte lijkt uit te gaan van een vaste volgorde: gevoel krijg je als reactie op een situatie, vervolgens krijg je een gedachte daarover, daarna zeg je of doe je iets op grond van dat gevoel. Die volgorde kunnen we echter niet niet vaststellen. Of als reactie op een situatie de gedachte, het gevoel of de handeling het eerst komt is niet na te gaan. Het eerste gevoel direct na de impuls van buiten, kan door de gedachte of een handeling snel verdwijnen. Dat kan zo snel gaan dat je het gevoel niet hebt opgemerkt. De gedachte over de situatie en de interne verwoording (zelfspraak) daarvan kunnen rationeel of irrationeel zijn, en daarmee wel of niet passen bij je doelen. Dat bepaalt in tweede instantie hoe het gevoel wordt dat nu ontstaat en dat verder bepalend is voor het handelen. Dit gevoel is niet door de situatie bepaald, maar door de interpretatie van die situatie. Gevoel kun je dan ook veranderen door een andere interpretatie en natuurlijk door je gedrag.

Top

 

6. Herkennen van gevoelens

 

Het vermogen om gevoelens bij anderen te herkennen is onmisbaar voor kinderen om op te groeien tot evenwichtige volwassenen. Het kunnen herkennen van eigen gevoelens gaat daarmee hand in hand. Kinderen leren om te gaan met gevoelens door hun ouders. Wanneer hij zijn omgeving onderzoekt zal het kind emoties ervaren en emoties van anderen oproepen. De ouders en andere belangrijke volwassenen in zijn omgeving helpen hem daarmee door daarover te praten, er op te reflecteren en door te leren plannen te maken en rekening te houden met emoties die te verwachten zijn. Ook als u als vader of moeder niet gewend bent erover te praten, zal het toch uw taak als opvoeder zijn uw kind te helpen omgaan met emoties. Een aantal belangrijke emotionele vaardigheden is opgesomd in de volgende paragraaf. Daarna volgt een aantal praktische suggesties voor oefeningen die u met uw kind kunt doen om hen te helpen deze vaardigheden te leren.

Top

 

7. Belangrijke emotionele vaardigheden in de omgang met anderen
  • Leren zien en interpreteren van aanwijzingen in gedrag om het achterliggend gevoel te begrijpen.

  • Leren begrijpen van het perspectief van anderen.

  • Leren begrijpen van gedragsnormen, wat wel en niet acceptabel gedrag is.

  • Een positieve kijk op het leven, waarin anderen een belangrijke rol spelen.

  • Zelfkennis: zicht op hoe anderen je ervaren en weten hoe je situaties kunt beïnvloeden.

Belangrijke vaardigheden voor de communicatie van emoties
  • Non-verbaal: leren communiceren met oogcontact, gezichtsuitdrukkingen, toon van de stem, gebaren enzovoort.

  • Verbaal: duidelijk vragen en verzoeken leren formuleren, effectief reageren op kritiek, weerstaan van negatieve invloeden, luisteren naar anderen, anderen helpen, deelnemen aan positief gerichte vriendengroepen.

Top

 

8. Leer uw kind gevoelens te benoemen

 

Zoals het verstand beschikt over woorden, zo beschikt het gevoel over gedrag. Juist in onze gedragingen tonen we onze gevoelens, door de stand van het hoofd, de uitdrukking van de ogen, de toon en de melodie van de stem, de nadruk op een woord. Niet het wat maar het hoe van het praten geeft de emotie weer. Daar kunnen we kinderen op leren letten. Peuters leren de woorden voor gevoelens van hun ouders. U kunt uw kind als peuter al leren om bij anderen uit gedragingen, gezichtsuitdrukkingen en intonatie op te maken om welke gevoelens het gaat. Daar is oefening voor nodig: u kunt er een raadspelletje van maken, met plaatjes, met foto's, met televisieprogramma's waar u over napraat. Ook heel jonge kinderen herkennen gevoelens bij andere kinderen; als het om nare gevoelens gaat willen ze het andere kind troosten.

Leer ook oudere kinderen die niet uit zichzelf aandacht hebben voor de toon, de gezichtsuitdrukking en de houding om steeds scherp te observeren: vraag uw kind welke gevoelens het bij anderen zag.
 
De volgende suggesties zijn ontleend aan Hoe vergroot ik het EQ van mijn kind (L.E. Shapiro, 1998)

 

Het geluid-uit-spel (voor zeven tot twaalfjarigen)

Neem een voor de leeftijd geschikte televisiefilm op en laat die aan uw kind zien met het geluid uit. U vraagt uw kind om te beschrijven wat iedere persoon in de film voelt. Dat kan op een speelse manier door vijftien punten in vijftien minuten te verzamelen. Stop de band vijftien keer op momenten die uw kind wil en vraag hem om het gevoel te beschrijven bij een gezichtsuitdrukking, een gebaar of een houding. Speel de band nogmaals af met het geluid aan, zodat u samen kunt controleren of de beschrijving juist was en geef hem een punt voor het goed beschrijven van het gevoel.

 

Emotie-hints

Deze oefening gaat in een groepje van drie of meer kinderen. Begin met een stapel lege systeemkaartjes en vraag de kinderen op elk kaartje een gevoel te schrijven. Elk kind maakt vijf kaartjes. Dan worden de kaarten op een stapel gelegd, geschud en omgekeerd op tafel gelegd. De jongste is het eerst aan de beurt en trekt een kaart, zó dat niemand ziet wat er op staat. Vervolgens is de opdracht voor het kind dat aan de beurt is om de emotie uit te beelden, en voor de anderen om te raden wat er op het kaartje staat. Degene die de emotie raadt, krijgt het kaartje. Die mag de volgende kaart trekken en beeldt weer de emotie uit die daar op staat. De anderen proberen die weer te raden. En zo verder. Degene die aan het eind de meeste kaartjes weet te verzamelen is winnaar. Bij grote leeftijdsverschillen is het beter om de emoties om beurten te laten uitbeelden, zodat iedereen evenveel kans krijgt om uit te beelden en te raden. Als kinderen beter worden in dit spel kunt u meer subtiele gevoelens toevoegen.

 

Raad het gevoel (vijf tot tien jaar)

Neem op een bandrecorder vijf keer een eenvoudige zin op. Telkens als u de zin voorleest verandert u de intonatie, zodat een ander gevoel wordt uitgedrukt. Zeg bijvoorbeeld: "Ik heb mijn tas in de auto laten liggen." achtereenvolgens alsof u blij, verdrietig, boos, bang of bezorgd bent. Als uw kind het gevoel achter de woorden raadt, krijgt het een punt. Vervolgens laat u het kind vijf keer een zin voorlezen, waarbij het probeert om steeds een ander gevoel in die zin te leggen. Ook nu krijgt het voor elke geslaagde poging een punt.

 

Verbeeld je eigen gevoel (vijf tot twaalf jaar)

Maak met uw kind een gevoelsdagboek met foto's. Dit spel helpt kinderen ontdekken hoe ze hun gevoelens communiceren met hun gezicht of houding en in welke situaties ze dat doen. U heeft een polaroid camera nodig, een paar velletjes papier, een multomap en een spiegel.

 

Eerst vraagt u uw kind om een bepaald gevoel uit te drukken door te denken aan een situatie waarin hij dat gevoel meestal heeft. Zo zou u kunnen zeggen: "Hoe denk je dat je boos kijkt als Henk je plaagt?" Uw kind denkt misschien dat hij een boze gezichtsuitdrukking heeft, maar dat is voor anderen niet altijd merkbaar of duidelijk. In dat geval moet u uw kind vragen in de spiegel te kijken met die gezichtsuitdrukking en aanwijzingen geven om het gevoel duidelijker uit te drukken (frons je wenkbrauwen, pruil je lip). Neem dan met de camera een foto van het kind met die gezichtsuitdrukking. Als de foto klaar is, wordt die opgeplakt en geeft u uw kind de opdracht om alle keren dat hij dat gevoel had eronder te noteren. Doe nu hetzelfde opnieuw met een ander gevoel. Misschien moet u weer helpen en voordoen hoe die emotie er uitziet. U maakt een verzameling van vijf tot tien gevoelsfoto's. De losse vellen, elk met een ander gevoel en de bijbehorende lijst met situaties, stopt u samen in een multomap. Die map is een soort dagboek waarin de gevoelens van uw kind zijn vastgelegd. Noteer de datum, noteer waarom uw kind de gevoelens heeft, en schrijf samen op wat uw kind kan doen als dat gevoel een probleem vormt.

U kunt dit spel ook met meer kinderen spelen, zodat het makkelijker wordt om meer subtiele emoties weer te geven zoals genegenheid, trots en jaloezie.

overzicht   volgende